Kennistest Specialist Niveau

Bedrijfsnaam

Contact

Email adres

Het doel van het uitlaatgas recirculatiesysteem bij een benzinemotor is het verminderen van de uitstoot van:

A, CO2 B, O2 C, NOx

Afgebeeld is een elektrisch schema van een motormanagement systeem.
Er is een breuk opgetreden in de bedrading van de gaskleppotentiometer (zie pijl). Welke foutcode wordt er door het motormanagement gezet.


002 Map sensor
004 Gasklep potentiometer
008 Lambda sensor (1 Volt met verwarming en massa draad )
013 Inlaat lucht temperatuur sensor
015 Stationair stappenmotor (4-polig)
020 Pingel sensor
021 Brandstof pomp

A, P0121, Gaskleppotentiometer, onaannemelijk signaal B, P0122, Gaskleppotentiometer te laag ingangssignaal C, P0123, Gaskleppotentiometer te hoog ingangssignaal

Afgebeeld is het principeschema van een CAN-bussysteem. De gemeten weerstand tussen CAN-high en CAN-low bedraagt 60 Ohm. Gemeten tussen de pijlen. Welke conclusie kan er uit deze meting getrokken worden?


A de databus heeft de juiste weerstand B de weerstand van de databus is te hoog C de weerstand van de databus is te laag

Afgebeeld is het schema van een motormanagement systeem.
Op de met de pijl aangegeven plaats is de bedrading onderbroken, waardoor de motor niet meer aanslaat. Welk essentieel onderdeel zal niet meer functioneren?

A, Bobine B, Injectoren C, Brandstofpomp

Wat kan een oorzaak zijn voor de volgende foutcode. P0117: Koelvloeistof temperatuursensor, te laag ingangssignaal

A De massa van de sensor is onderbroken B De sensor is onderbroken C De sensor maakt inwendig sluiting naar massa

Een motormanagementsysteem is uitgevoerd met een EGR-regeling. Bij dit systeem wordt met behulp van een kenveld de openingshoek van de recirculatieklep bepaald. Welke sensor maakt het mogelijk om van de EGR-regeling een adaptieve regeling te maken?

A, een gaskleppositiesensor B, een lambdasensor C, een pingelsensor

Afgebeeld is een live data pagina uit een communicatie tester van een auto met luchtmassameter, er zijn geen opgeslagen foutcodes, de absolute gasklep positie is normaal bij een warme motor ongeveer 20%, het lambda signaal is een normaal wisselend signaal tussen 0,8 V en 0,1 V.
Welk beginnend probleem zal hier de oorzaak van kunnen zijn?



A, Uitlaatlekkage na de voorste lambda sensor B1 S1. B, Valse lucht inlaatsysteem. C, Een te hoge brandstofdruk.

Bij moderne voertuigen vind communicatie plaats via de 16-polige EOBD-stekker.
Via welke aansluitingen in de diagnose stekker kan er over CAN-bus gecommuniceerd worden met het motorstuurapparaat.

A, aansluiting 7 en 15. B, aansluiting 4 en 16. C, aansluiting 6 en 14.

Een auto loopt op drie cilinders, na het uitlezen van de foutcodes wordt de code P0303 (overslaan cilinder 3 waargenomen)uitgelezen. Wat kan de oorzaak zijn van deze foutcode?

A, Pen bobine cilinder 3 defect. B, Valse lucht inlaatsysteem. C, Map sensor signaal sluiting met massa.

Afgebeeld is een scopebeeld van een data signaal. Tot welk systeem behoort dit scope beeld?


A, MOST B, MS(B) - CAN C, HS(C) - CAN

Afgebeeld zijn twee grafisch weergegeven datalijsten.

Lijst 1: spanning van de lambdasensor voor de katalysator B1S1
Lijst 2: waarde van korte termijn mengselaanpassing STFT





Er is een duidelijke afwijking te zien in beide grafieken vanaf 270 sec op de horizontale as.

Wanneer kan dit gebeuren?

A stekker van een injector wordt losgenomen B vacuumslang van de mapsensor wordt losgenomen C stekker van de EGR-klep wordt losgenomen

In de afbeelding geven de lambdasensor voor en na de katalysator nagenoeg hetzelfde signaal.
Tot welke foutcode zal dit leiden?



A P0136: verwarming lambdasonde 2 bank 1 - storing in circuit B P0140: lambdasonde 2 bank 1 - geen activiteit geregistreerd C P0420: katalysatorsysteem bank 1 - efficientie onder drempelwaarde

Welk scoopbeeld is afkomstig van een FSI benzine-injector?







A Scope A B Scope B C Scope C

Afgebeeld is een brandstofgalerij met hogedrukpomp en injectoren van een direct ingespoten motor.
Welk component wordt met de pijl aangewezen.



A Brandstofdrukregelaar B Brandstofdruksensor C Brandstoftemperatuursensor

In een motormanagementsysteem ontstaat een weerstand van 1000 Ohm in de signaaldraad tussen motormanagementcomputer en motortemperatuursensor. Wat gebeurt er met gemeten temperatuurwaarde van het motorstuurapparaat ten opzichte van de werkelijke temperatuur.


A De gemeten temperatuurwaarde is gelijk aan de werkelijke temperatuur B De gemeten temperatuurwaarde is hoger dan de werkelijke temperatuur C De gemeten temperatuurwaarde is lager dan de werkelijke temperatuur